JANE AUSTIN DEEL 1

Leven en dood

Jane Austen werd geboren op 16 december 1775 in Steventon, Hampshire.

Ze ging vanaf 1783 naar school.

Op haar eerste school, bij Mrs. Cawley in Oxford, brak tyfus uit. Jane en Cassandra werden snel    naar huis gehaald.
In 1785 gingen de zussen naar Abbey School, een kostschool bij de ruïne van een oude abdij. Dat sprak tot de verbeelding van de jonge Jane, vooral toen er onder de muren van de abdij een skelet werd gevonden.
Haar vader vond hetgeen wat de meisjes leerden (wat niet veel bleek te zijn) niet opwegen tegen de hoge kosten van ruim 37 pond per jaar. Daarom gingen Jane en Cassandra eind 1786 weer naar huis.
 In de pastorie in Steventon heeft Jane Austen haar echte opleiding gehad: ze las de honderden boeken van haar vader. Werken over geschiedenis, over poëzie en heel veel romans.

Jane had altijd al een levendige fantasie. Als kind schreef ze haar eigen naam in het trouwregister van de parochie van haar vader. Ze ‘trouwde’ niet met één, maar met drie zelfverzonnen mannen: Henry Frederic Howard Fitzwilliam, Edmund Arthur William Mortimer en Jack Smith.


 Toen zij in 1800 hoorde dat zij Steventon moest verlaten omdat haar ouders naar Bath wilden verhuizen, zou Jane Austen zijn flauwgevallen van de schrik.
 Vanaf 1801 tot 1805 is niets van Jane Austens persoonlijke correspondentie bewaard gebleven. Haar zus Cassandra heeft alles na haar dood verbrand.
 Van de hele periode dat ze in Bath woonde, zijn in totaal vijf brieven bewaard gebleven
Naar schatting schreef Jane Austen 3000 brieven, waarvan er 160 bewaard zijn gebleven.


 Op 7 juli 1809 verhuisden de drie vrouwen naar Chawton, waar ze intrek nam in de cottage die bij het landgoed van Jane’s broer Edward Knight hoorde.
Het fascineerde haar dat in de cottage, die ooit een herberg was geweest, een moord was gepleegd.

Al in 1816 vertoonde Jane Austen de eerste tekenen van een onbekende ziekte
In mei 1817 werd Jane door haar broer James naar Winchester gebracht. Men hoopte dat Dr. Lyford haar daar kon helpen. De dokter zag al snel dat het hopeloos was.
 Jane Austen stierf op 18 juli 1817 in Winchester.
 Waarschijnlijk leed ze aan wat we nu kennen als de ziekte van Addison.
Ze was 41 jaar toen ze overleed.
Jane Austen werd op 24 juli begraven in Winchester Cathedral.

 Waarschijnlijk (maar dit is niet zeker) heeft haar broer Henry, die zelf een dominee was, gezorgd voor deze prominente begraafplaats


Jane Austen, geschilderd door haar zuster Cassandra in 1804.

Verlangen en liefde

Jane Austen is nooit getrouwd.

Wel zijn er verschillende huwelijkskandidaten geweest. Tom Lefroy was een rechtenstudent uit Ierland die bij zijn oom en tante, de buren van de Austens, verbleef. Uit brieven aan Cassandra blijkt dat Jane verliefd op hem was en dat ze ontzettend met elkaar geflirt hebben. Voordat het tot een aanzoek kon komen, werd Tom door zijn familie uit Steventon weggehaald. Een huwelijk met de dochter van een arme dominee was niet wenselijk.
Dominee Samual Blackall leek een kandidaat, maar een aanzoek kwam er niet.
Jane Austen heeft in ieder geval één serieus aanzoek gehad. Harris Bigg-Wither vroeg haar in 1802 met hem te trouwen. Jane zei ja, maar wees hem de volgende dag alsnog af.
Dit tot groot ongenoegen van haar familie: Harris Big-Wither was erfgenaam van het landgoed Manydown Park
 Ook Edward Bridges, broer van een vriendin en eveneens uit een goede en rijke familie, zou een aanzoek hebben gedaan. Jane heeft naar verluidt nee gezegd.
Tijdens haar verblijf in Bath zou Jane verliefd zijn geweest op een jonge geestelijke. Hij zou gestorven zijn nog voordat hij haar een huwelijksaanzoek kon doen



Het huis van Jane Austen (tegenwoordig is het een museum).

Familie en vrienden

 De ouders van Jane Austen waren George Austen en Cassandra Leigh.
Vader George Austen was dominee, eerst in Dean, later ook in het naburige Steventon.
 Cassandra Leigh kwam uit een rijke, aristocratische familie.
Moeder Cassandra schreef kleine komische gedichtjes voor haar familieleden
.Jane Austen had zes broers en een zus: James, George jr., Edward, Henry-Thomas, Francis-William, Charles-John en Cassandra-Elizabeth.
Jane (‘Jenny’) was de op één na jongste van het gezin.
. Haar broer George jr. was verstandelijk gehandicapt.



Jane Austen was 20 and Cassandra 22 when Hoppner painted this image of the Frankland sisters in 1795





Francis  Austin








Cassandra  Austin








Edward Austen Knight



James Austen









Henry Austen






Charles Austen


“Tell Mary that I make over Mr. Heartley and all his estate to her for her sole use and benefit in future, and not only him, but all my other admirers into the bargain wherever she can find them, even the kiss which C. Powlett wanted to give me, as I mean to confine myself in future to Mr. Tom Lefroy, for whom I do not care sixpence. Assure her also, as a last and indisputable proof of Warren’s indifference to me, that he actually drew that gentleman’s picture for me, and delivered it to me without a sigh.
Jane Austen to Cassandra
January 14, 1796


. George jr. werd op zesjarige leeftijd ondergebracht bij de familie Cullums, die ook zorgde voor Tom, de verstandelijk gehandicapte broer van moeder Cassandra Austen.
 Jane heeft George jr. nooit meer gezien (in tegenstelling tot wat je in de film Becoming Jane ziet, waar George gewoon onderdeel uitmaakt van het gezin).
Jane Austens broer Edward werd op 15-jarige leeftijd geadopteerd door het rijke kinderloze echtpaar Mr. en Mrs. Thomas Knight II.
 Edward verhuisde naar Godmersham, het landgoed dat hij later zou erven.
De adoptie van Edward, zoon van een relatief arme dominee, werd in die tijd gezien als een grote eer. Het gaf de rest van de familie de zekerheid van welvaart in de toekomst.
 Edward Austen nam later ook de naam aan van zijn adoptie-ouders en ging dus Edward Knight heten.